The Verbruggen/Fernandes Quintet – Chasing Penguins
CD-RECENSIE
The Verbruggen/Fernandes Quintet – Chasing Penguins
bezetting: André Fernandes gitaar; Teun Verbruggen drums, elektronica; Bram de Looze piano, Fender Rhodes; Steven Delannoye tenorsaxofoon; Nathan Wouters bas
opgenomen: februari 2018
uitgebracht: juni 2019
label: Rat Records
aantal stukken: 7
tijdsduur: 52’51
website: teunverbruggen.com – andrefernandes.com
door: Erno Elsinga
Bekend van onder meer Jef Neve Trio en experimentele bands als Flat Earth Society en Otin Spake, landde de zucht van de Belgische drummer Teun Verbruggen (1975) naar nieuwe samenwerkingen dit keer bij de Portugese gitarist André Fernandes. Samen brachten ze een topbezetting bij elkaar waaronder het grote pianotalent Bram de Looze (1991) die zowel solo als met LABtrio furore maakt.
Fernandes (1976) maakte deel uit van Lee Konitz New Nonet en werkte samen met onder meer Chris Cheek, trompettist Avishai Cohen en Jeff Ballard. Net als Verbruggen zoekt de gitarist zijn heil in jazz, rock en improvisatie. Elektronica wordt niet geschuwd en composities zijn veelal onorthodox maar voor een geoefend oor niet overdreven aanstootgevend. Nog aangevuld met tenorsaxofonist Steven Delannoye en bassist Nathan Wouters, allen geestverwanten, kwam ‘Chasing Penguins’ tot stand. Organische improvisatiewerken gestoeld op de composities van Fernandes.
Het album sluit af met ‘Free Penguins’, een volledig geïmproviseerd werk waarin alle remmen losgaan zonder structuurverlies. De perfecte samenvatting van wat dan al geweest is. De opener ‘Dragao’, met dromerige gitaarpartijen, lome saxlijnen, plagerige elektronica en verdwaalde drums, vormt de ingetogen basis van dit ingenieus opgebouwd album waarin je stilaan wordt meegezogen. Opvolger ‘Elon Musk Go’ is al ruwer van aard; een eenvoudig thema vormgegeven door Delannoy’s sax wordt ondermijnd door Verbruggens drumwerk en onnavolgbare pianopartijen van DeLooze. Dan, in ‘Uphill’, maken we kennis met de rockvariant van Fernandes die gecombineerd wordt met free jazz elementen in ‘300 Pessoas’. ‘Inhale’ wordt symfonisch opgezet, slaat aangevoerd door DeLooze om in progrock en keert met verstilde noiseterug op zijn schreden. Het ingetogen, melancholische ‘Lotus’ vormt de opmaat naar de vrije afsluiter van het album waarin DeLooze op Fender Rhodes flaneert langs gierende sax, drums, gitaar, bas en opruiende elektronica.
Van begin tot eind boeiend, vooral door de dynamische samensmelting van de improvisaties die je steeds verder wegvoeren naar een onbekend universum waarbij de angst te verdwalen nimmer aanwezig is. Hopelijk snel te zien op (ook) de Nederlandse podia, al is daar wel een avontuurlijke programmeur voor nodig.
Article : Read online